Nieuwjaarsspeech 2020 – Een nieuw decennium.
Algemeen directeur Wouter Gudde hield woensdagmiddag in het Hitachi Capital Mobility Stadion tijdens de nieuwjaarsborrel een speech met de titel ‘Een nieuw decennium’. De tekst van deze toespraak is hieronder integraal te lezen.
Beste dames en heren,
Hartelijk welkom bij de nieuwjaarsbijeenkomst van FC Groningen, hier in de Office Centre Lounge van het Hitachi Capital Mobility Stadion. Rond de jaarwisseling keken veel mensen via social media terug op het einde van een tijdperk en het begin van een nieuw decennium. Zo zagen we bijvoorbeeld een piepjonge Virgil van Dijk in het groen-witte FC-shirt met Noordlease als hoofdsponsor – aan het begin van zijn profcarrière in Groningen – en op de foto ernaast het imposante postuur van de huidige captain van het Nederlands elftal en sterspeler van Liverpool, die de Champions League Cup boven zijn hoofd houdt. Het markeerde voor Virgil van Dijk the decade, zoals hij zelf schreef.
Ook bij FC Groningen sluiten we een periode af en beginnen we aan een nieuw decennium. Het zal voor u mogelijk ook wennen zijn. De afgelopen twee decennia was u gewend dat Hans Nijland als algemeen directeur van FC Groningen u na de jaarwisseling vanaf deze plek toesprak. Maar met het begin van een nieuw decennium breekt ook voor FC Groningen een nieuwe periode aan. Een periode die afgelopen zomer is ingezet. Daarop kom ik later terug.
Eerst wil ik u graag nog even mee terugnemen naar het jaar 2010; het begin van het afgelopen decennium. FC Groningen speelde in die periode de thuiswedstrijden in een bomvol stadion, met gemiddeld bijna 22.000 toeschouwers per thuisduel. De club was hot en een vaste deelnemer aan de play-offs voor een Europees ticket, waarin niet zelden de finale werd gehaald. Het gaf de club de status van voetbalbolwerk van Noord-Nederland. In de afgelopen tien jaar is FC Groningen één keer als 5e geëindigd en meestal als 7e of 8e. Eén keer werd FC Groningen in het afgelopen decennium zelfs 14e. En in 2015 wist FC Groningen voor het eerst in de historie de KNVB-beker te winnen. In het ruime halfjaar dat ik hier nu algemeen directeur mag zijn, heb ik gemerkt dat het verwachtingspatroon rondom FC Groningen hoog is. Het zegt veel!
Over bijvoorbeeld de status van de club en het merk FC Groningen. Dat is aan de ene kant natuurlijk mooi en een compliment, maar ik heb ook wel een beeld gekregen dat niet iedereen de realiteit kent en dat clubs als AZ, Vitesse en FC Utrecht veel meer aan voetbal kunnen uitgeven dan FC Groningen. Nog altijd bestaat het beeld – landelijk, maar ook onder onze achterban – dat FC Groningen een subtopper is. Wat ik al zei: dat is positief en in zekere zin ook een compliment, want we willen allerminst een grijze muis zijn. De realiteit is echter dat we een middenmoter zijn en qua omzet en spelersbudget tussen plek 8 en 12 staan. Precies de positie waarop we halverwege het seizoen 2019/2020 staan.
Op basis van onze financiële middelen is het niet logisch te veronderstellen dat FC Groningen automatisch deelneemt aan de play-offs voor Europees voetbal. Maar we streven er wél naar, want als we eindigen op de plek waar we nu staan, kunnen we niet spreken over een succesvol seizoen. Je kunt namelijk altijd beter presteren dan het budget toelaat. Bovendien hebben we vertrouwen in onze selectie, omdat wij vinden dat er meer dan voldoende talent aanwezig is en waarvan we de verwachting hebben dat ze alleen maar beter zullen worden.
Een andere belangrijke voetbaldoelstelling van ons is de ontwikkeling van een attractieve speelstijl. Als ik lees en luister hoe onze achterban naar het voetbal van FC Groningen kijkt, constateer ik dat er inmiddels al jaren wordt gemopperd over het spel van het eerste elftal. Ik ben de eerste die toegeeft dat ons spel ook in deze eerste seizoenshelft attractiever kon, maar als het probleem zich al meerdere jaren voordoet is het misschien wel breder dan de kwaliteit van de selectie of een trainer.
Alles begint met een visie! We zijn op zoek naar een speelwijze die aansluit bij de wensen van ons publiek. Wij zijn bezig met het maken van een analyse en het ontwikkelen van een nieuwe voetbaltechnische visie. Dat moet resulteren in een eigen ‘identity of play’ in het komende decennium, die binnen de gehele voetbaltechnische kant van de club leidend is. Dan heb je het over de manier van spelen, spelprincipes en de kernmerken van spelers en trainers die daarbij horen. Want je kunt pas echt gericht scouten en opleiden als je dit helemaal helder hebt. Dit is een van de belangrijkste opdrachten van Mark-Jan Fledderus en nu ik een maand of acht intensief met hem samenwerk heb ik er zeer veel vertrouwen in dat hij gaat slagen in deze opdracht.
Naast het ontwikkelen van onze voetbalvisie is het van groot belang dat wij onze inkomsten gaan vergroten. Op dit moment halen wij aan sponsoring ongeveer 2,5 miljoen euro minder op dan aan de start van het vorige decennium en is de verwachting dat wij dit seizoen gaan eindigen op een bedrag van 6.7 miljoen euro. Dat is zorgwekkend en na een intensieve inventarisatie van alle lopende sponsorcontracten hebben wij een plan opgesteld waaraan nu de laatste hand wordt gelegd. In dat plan staan twee belangrijke speerpunten centraal.
Allereerst willen wij werken met een eenduidig prijsbeleid voor al onze faciliteiten. De afgelopen seizoenen is hier een behoorlijke scheefgroei ontstaan. Op dit moment geven wij veel kortingen weg en betalen niet alle relaties dezelfde prijs terwijl zij wel hetzelfde artikel afnemen. De korting is inmiddels opgelopen tot een bedrag van boven de 1 miljoen euro. Dit past niet bij ons en daarom gaan we dit vanaf het nieuwe seizoen rechttrekken waarbij we uiteraard alle doorlopende overeenkomsten respecteren.
Het tweede belangrijke speerpunt zijn onze huidige sponsors, waarvan er hier vanmiddag enkele honderden vertegenwoordigd zijn. De mensen en bedrijven die op dit moment onze club steunen. Natuurlijk willen wij graag elk seizoen nieuwe sponsors verwelkomen, maar de laatste twee seizoenen zegt 28% van de sponsors zijn aflopende sponsorcontract definitief op. Dat percentage moet flink omlaag en dat gaan we proberen te doen door u te boeien, te binden en uiteindelijk te behouden. Boeien met hopelijk attractief voetbal, maar ook met kwalitatief goede evenementen waarbij u uw netwerk kunt onderhouden en uitbreiden. En uiteindelijk moet de wedstrijddag voor u een complete middag of avond uit zijn. Op deze manier hopen wij u te binden en uiteindelijk voor lange tijd te behouden voor de club. De achterdeur moet dicht! Onze droom is namelijk dat er over een aantal jaar nog veel meer ambassadeurs binnen onze businessclub rondlopen, die ons verhaal verder vertellen binnen hun netwerk. In februari zullen we onze sponsorrelaties gedetailleerd informeren over deze plannen en daarmee gaat ons salesteam onder leiding van Kevin Roossien aan de slag. Een flinke klus, maar wel een prachtige kans.
En wat voor onze sponsors geldt, geldt zeker ook voor onze supporters. Vanaf afgelopen juni is er een nieuwe overlegorgaan met daarin vertegenwoordiging van alle officiële supportersgroeperingen. Samen met de Supportersvereniging FC Groningen, de Rolly-side, de Ultra’s Cruoninga en de Z-side hebben we het dan over de lopende zaken, maar zijn we ook gezamenlijk naar de toekomst aan het kijken. We zijn het lang niet altijd met elkaar eens, maar de overleggen zijn constructief en altijd in het belang van de club. Dat kan ik absoluut waarderen. Samen met onze supporters werken wij aan de verbetering van de sfeer en de uitstraling van ons stadion met als uiteindelijke grote droom een vol stadion.
De afgelopen maanden zijn al prachtige silhouetten van onze clubiconen opgehangen op de omloop en kijken we gezamenlijk hoe we de Tonny van Leeuwen Tribune kunnen aanpakken. Wij willen als club veel meer een faciliterende rol aannemen en binnen de financiële mogelijkheden en veiligheidsreglementen elke tribune een eigen identiteit geven. Hierbij kunt u bijvoorbeeld denken aan het horeca aanbod, het aantal verkooppunten, meer ‘visuals’, ruimte voor spandoeken en dergelijke. Die ideeën moeten niet van ons als club komen maar juist van de mensen die er elke twee weken staan of zitten.
We beginnen bij de Tonny van Leeuwen Tribune omdat wij geloven dat een volle en sfeervolle Noordtribune een positieve werking heeft op het gehele stadion. De eerste stap die we maken, is dat we de prijzen voor seizoenkaarten op de ongeplaceerde plekken op deze tribune met 20 euro verlagen. Dit is een prijs die past bij een volksclub en die ook past bij het besteedbaar inkomen in ons achterland. Ook starten we binnenkort weer met de verkoop van vijfjaarkaarten. Daar hebben wij er momenteel meer dan 700 van en dat aantal laat zien dat er ook veel supporters zijn die zich zonder blikken op blozen voor lange tijd aan ons binden. Daar zijn wij trots op, want dit zegt ook iets over onze club.
Een andere belangrijke stap richting een voller stadion betreft onze horeca. Wij kunnen u vanaf deze plek melden dat wij het 50 procent aandeel van MartiniPlaza overnemen en hierdoor per 31 januari aanstaande met FC Groningen Horeca voor de volle honderd procent eigenaar worden van de horeca-activiteiten in het Hitachi Capital Mobility Stadion. Dit geeft ons een kans op meer omzet tijdens wedstrijddagen. FC Groningen en MartiniPlaza kunnen zich nu volledig richten op eigen horeca. En vergeet niet dat we dit stadion maar maximaal 25 keer per jaar gebruiken om te voetballen. Dus voor de snelle rekenaars onder ons betekent dat 340 andere dagen waar wij gaan streven om in ons stadion – buiten de wedstrijddagen om – nóg meer activiteiten en evenementen te organiseren in één van onze ruimtes, waardoor ons stadion een extra inkomstenbron wordt. Dit is een namelijk een unieke locatie, één van de mooiste voetbalstadions van Nederland, met tal van commerciële mogelijkheden.
Zoals ik eerder al zei: ,,Alles begint met een visie”. Sinds mijn entree bij FC Groningen heb ik samen met de Raad van Commissarissen en mijn directie en managementteam een analyse van de club gemaakt. Ik heb intern aangegeven dat FC Groningen zichzelf opnieuw moet hervinden. De positionering van de club wordt dan ook een belangrijk thema in 2020. In dat proces zitten we volop maar we nemen de tijd. We krijgen maar één kans en het moet breed gedragen zijn. Zowel binnen als buiten de club!
Ons stadion en ons verzorgingsgebied bieden alle kansen. De potentie is aanwezig bij deze club. Het verwachtingspatroon rond FC Groningen en de lat die we zelf leggen, ligt hoog. Er is in mijn ogen heel veel mogelijk bij deze club. FC Groningen heeft een achterban in de drie noordelijke provincies en heeft het vijfde achterland van Nederland. Ik zie ook veel parallellen met ons achterland. Wij kunnen bij FC Groningen echt een club worden waar groei en ontwikkeling dagelijks centraal staat. Met onze faciliteiten en specialisten kan je hier namelijk als voetballer elke dag beter worden. Tegen FC Emmen begonnen we bijvoorbeeld met zeven spelers in de basis die 23 jaar of jonger waren. Die groei en ontwikkeling zie je ook terug in onze Stad en de provincie. Een stad met 60.000 studenten die elke dag ook weer beter willen worden. Groningen kent een ‘booming’ markt op het gebied van vastgoed, horeca, energie en chemie en daarnaast in Nederland na Amsterdam de meeste ‘start-ups’.
Aan de andere kant zijn er in het noorden specifieke maatschappelijke aandachtspunten die juist een positieve ontwikkeling nodig hebben: de aardbevingsschade, obesitas, mensen die in de provincie of Stad op of onder de armoedegrens leven en iets algemener de stikstof-problematiek in de agrarische sector – hier bij de club sterk vertegenwoordigd in de succesvolle thema-box: de BoerenBox. Op maatschappelijk vlak kunnen wij onze impact verder vergroten. Wij kunnen als club een veel belangrijkere positie innemen door veel aan de maatschappij te geven en de maatschappij nauw bij de club te betrekken. Daar moet wederkerigheid in zitten. Niet alleen geld ophalen uit de markt, maar ook iets teruggeven. Het gevoel creëren dat we het samen doen.
En dat laatste, het wij-gevoel, staat voor ons centraal in het nieuwe decennium. Toen mijn aanstelling hier bekend werd, zeiden veel mensen uit de Randstad tegen mij: Gefeliciteerd, maar dit wordt een zware job. Groningers zijn stugger en stiller dan de mensen die jij gewend bent. Een half jaar later kan dat beeld wat mij betreft de prullenbak in. Misschien is de grondhouding wat meer afwachtend, maar ik bespeur echt een enorme betrokkenheid bij de club, bij de stad en bij de regio. En ik zie ook heel veel mensen die trots zijn op de club. Maar die trots is soms nog verborgen. We schreeuwen het nog niet van de daken.
Wij willen als FC Groningen aan het einde van dit decennium dat dit trotse gevoel niet meer verborgen is. Dat FC Groningen zowel sportief als financieel een structurele subtopper is. Een club met diepe wortels in de maatschappij waar heel veel mensen in ons achterland zich mee verbonden voelen. Dan kunnen we op 15 januari 2030 met z’n allen wel van de daken schreeuwen hoe trots we zijn op de club. Maar dan wel op zijn Gronings; nuchter, reëel en met een gezonde ambitie naar de toekomst.
Ik wil u graag bedanken voor uw aandacht en namens Raad van Commissarissen, directie, management, medewerkers en vrijwilligers van FC Groningen wens ik u vooral een gezond en daarnaast een sportief prachtig 2020!
