Ontmoeting trainers en performance-team met Caldas.

Trainers uit de opleiding en leden van het performance-team van FC Groningen hebben afgelopen week een exclusieve ontmoeting gehad met het Nederlands mannen hockeyteam en bondscoach Max Caldas.

Oranje speelde donderdag en vrijdag twee oefeninterlands in Groningen ter voorbereiding op de Olympische Spelen in augustus van dit jaar in Rio de Janeiro. Eerder deze week oefenden de hockeymannen ook al in Assen. De tegenstander was in alle duels Nieuw-Zeeland.
Gerard Kemkers
Het contact tussen FC Groningen en de nationale hockeymannen werd gelegd door Gerard Kemkers, manager topsport en talentontwikkeling bij de Trots van het Noorden. De voormalige topschaatscoach kent collega-hockeycoach Max Caldas al enige jaren en de twee hebben regelmatig contact over topsport in het algemeen. “En sinds ik bij de FC werk gaat het specifiek ook over voetbal en hockey. In topsport kun je veel van elkaar leren”, licht Kemkers het initiatief van de ontmoeting toe.
Masterclass
Toen bekend werd dat het Nederlands hockeyteam voor een oefenstage zou neerstrijken in Groningen zocht Caldas contact met Kemkers. “In eerste instantie om weer eens met elkaar bij te praten”, schetst Kemkers. “Maar van daaruit groeide ook het idee om onze trainers uit de opleiding en leden van het performance-team kennis te laten maken met Caldas. Je krijgt niet iedere dag de kans een gouden Olympische coach te bevragen. Die sessie duurde bijna twee uur en door de bevlogen en gepassioneerde wijze van presenteren door Caldas kun je gerust spreken van een masterclass. Caldas gaf een geweldige inkijk in zijn visie op coachen en de voorbereiding op de Olympische Spelen.”
Trainingsfaciliteiten
Aan de andere kant kon FC Groningen het nationale hockeyteam ook faciliteren, zo vertelt Kemkers. “Tijdens hun verblijf in Groningen heeft het team onder meer gebruik gemaakt van onze fysieke trainingsfaciliteiten op Sportpark Corpus den Hoorn, in de hal waar normaal de eerste selectie en FC Groningen onder-23 hun fysieke trainingen afwerken. Alles bij elkaar ontstond hierdoor ook nog een kennisuitwisseling met performance-stafleden. Wat mij betreft een fantastisch voorbeeld van hoe topsporters elkaar kunnen inspireren, uitdagen en versterken.”